PSD2 – op zoek naar begrip
PSD2 in werking
Op 19 februari 2019 is de veelbesproken wetgeving vanuit PSD2 (Payment Service Directive 2) in werking getreden in Nederland. Veel mensen kennen het begrip PSD2 wel, maar om te stellen dat PSD2 door het publiek hartelijk omarmd wordt, gaat wat ver. Eén van de recente grote wetswijzigingen die nog vers in het geheugen ligt is de introductie van de AVG, de nieuwe privacywet. Deze wet geeft de betrokkene meer rechten en legt tegelijkertijd meer verplichtingen bij de partijen die persoonsgegevens verwerken. Tot op heden lijken betrokkenen niet echt van hun uitgebreidere rechten gebruik te maken. Het zijn eerder de verwerkende partijen die worstelen om ‘compliant’ met de eisen van de wet te handelen.
Belang van de consument staat voorop
Iets soortgelijks lijkt zich nu af te spelen rond PSD2. PSD2 is bedoeld om het financiële stelsel in het SEPA-gebied tot het meest competitieve en vooruitstrevende stelsel wereldwijd te maken – en te houden – en regelt het betalingsverkeer tussen consumenten en bedrijven. Voor velen lijkt dit een overdreven doelstelling: we kunnen overal pinnen – en in de regel ook nog contactloos, kleine bedragen zijn geen probleem, internationale overboekingen kosten niks meer en de bankier-apps werken prima. Als je je vervolgens realiseert dat in veel westerse landen het betalingsverkeer nog rondom cheques is gebouwd, dan lijkt de noodzaak helemaal ver te zoeken.
Net als de AVG beschermt PSD2 de consument.
Ook met PSD2 draait alles om het belang van de consument, de gebruiker van een betaaldienst.
Waar staat PSD2 voor?
Maar waar staat PSD2 voor? Laten we blik werpen op een aantal zaken PSD2 regelt om de bedoeling duidelijk te maken:
- Toegang tot betaaldiensten vraagt om sterke authenticatie door de betaalinstellingen. Dit moet het risico op fouten en fraude beperken.
- Kosten voor de consument voor het gebruik van betaalmethoden worden beperkt; een betaling met creditcard mag een consument niet meer kosten dan een betaling via iDEAL. Voor de ondernemer bestaan de prijsverschillen nog wel.
- De eisen die aan het verkrijgen en behouden van een vergunning als betaaldienstverlener worden gesteld zijn strenger.
- Er komen meer mogelijkheden om foutieve overboekingen terug te draaien of aan te vechten.
- De bank is niet langer de monopolistische eigenaar van betaalgegevens, dat is de rekeninghouder zelf geworden. Als rekeninghouder kun je nu zelf bepalen aan wie je jouw transactiegegevens verstrekt en de bank moet daar aan mee werken. Hier springen tal van organisaties op in. Wat dit de consument aan voordelen gaat brengen moeten we nog zien. De partijen die deze zogenaamde betaalinformatiediensten willen aanbieden moeten wel over een vergunning beschikken. Het feit dat de consument de eigenaar is van diens eigen betaalgegevens is natuurlijk een principe dat staat als een huis.
- Via betaalinitiatie kunnen organisaties zoals webwinkels zichzelf betalen vanaf jouw rekening, zonder tussenkomst van (dure) betaalmethoden.
Nieuwe betaaldiensten moeten zich nog gaan bewijzen.
Het bovenstaande is allemaal in het belang van de consument. En omdat de wet uitdrukkelijk mogelijkheden voor nieuwe betaaldiensten opent, ook met een gezonde dosis kansen voor de ondernemer die hier voor kiest.
Impact voor derdengelden
Maar er is meer. Zonder dat je dit als consument misschien doorhebt, doe je aan- of verkopen op een platform. Een aankoop bij bijvoorbeeld bol.com kan namelijk zomaar door een andere aanbieder dan bol.com worden geleverd. Het platform heeft een centrale rol in het bij elkaar brengen van vraag en aanbod, handelt de communicatie en het betalingsverkeer af. Het afhandelen van betalingsverkeer is eigenlijk een vergunningplichtige activiteit, het is namelijk hetzelfde dat je eigen bank voor je doet. Omdat dit betalingsverkeer voorheen altijd als bijzaak van de activiteiten van een platform werd beschouwd, was dit niet vergunningplichtig. PSD2 stelt nu dat als een platform geld van derden beheert en afhandelt, deze derden recht hebben op bescherming van hun gelden. Hier wordt dus wederom het klantbelang opgezocht. Met PSD2 wordt het afhandelen van gelden van derden (op een aantal uitzonderingen na) een vergunningplichtige activiteit. Het platform, of het nu online of fysiek opereert, moet een vergunning van DNB als betaaldienstverlener hebben om de geldstromen van derden (haar kopers en verkopers) te mogen afhandelen. Door dit betalingsverkeer onder een vergunning te brengen, wordt ook het toezicht op de herkomst van gelden verbeterd.
Derdengelden komen vaak voor. En juist derdengelden worden stevig geraakt door PSD2.
Zelf doen of uitbesteden
En daar ligt een grote uitdaging voor ondernemers. Het belang voor de consument is helder. Maar waar de andere wijzigingen een kans inhouden voor ondernemers, worden platforms geconfronteerd met een groot stopteken: “wat je doet mag niet meer”. Het aanvragen en onderhouden van een vergunning is geen sinecure en zeker niet iets wat een reële optie is voor de meeste platforms. Het past gewoonweg niet in hun business model en bedrijfsvoering.
Hét alternatief voor deze platforms is om dit betalingsverkeer uit handen te geven aan een bank of payment service provider. Deze partijen zijn namelijk al vergunningplichtig, staan onder toezicht en zijn gespecialiseerd in het efficiënt verwerken van betalingen. Op dit moment zijn er echter maar enkele partijen die hier goed hun weg in weten te vinden en een echte oplossing kunnen bieden. Het is namelijk een kunst om het business model van het platform te ondersteunen zodat zij kunnen blijven doen waar zij goed in zijn zonder gehinderd te worden door wetgeving.
Gretig
Doordat de vernieuwingen deels nog abstract zijn, is het belang van PSD2 nog niet bij iedereen geland. De tijd zal leren hoe gretig de opening voor nieuwe betaaldiensten door ondernemers wordt opgepakt. Daarna is het zaak of consumenten begrip hebben voor de wijzigingen vanuit PSD2 en de nieuwe betaaldiensten adapteren. Voor ondernemers is er in elk geval veel werk aan de winkel. Niet alleen om de gegeven kansen te benutten, maar vooral om te voldoen aan wijzigingen waar ze niet onderuit kunnen komen. En dat hebben we eerder gezien.